w

Werk boven uitkering

UWV stelt werk boven uitkering. Dat betekent dat UWV er samen met u en het UWV WERKbedrijf eerst alles aan doet om u aan het werk te helpen. Alleen als u echt niet kunt werken, zorgt UWV voor een tijdelijke uitkering.

UWV verwacht wel dat u daar wat tegenover stelt. Zo vragen zij onder andere van u dat u minstens vier keer per vier weken solliciteert, dat u beschikbaar bent voor werk en dat u op tijd doorgeeft dat u op vakantie gaat. Doet u dat niet, dan kan dit gevolgen hebben voor uw uitkering. Die kan bijvoorbeeld worden gekort.

Werkgever

De partij bij de arbeidsovereenkomst die in ruil voor arbeid loon betaalt. Soms is er sprake van een formele werkgever, die aan deze definitie voldoet en van een materiële werkgever, die in de dagelijkse praktijk de gezagsrelatie uitoefent (bij uitzendwerk of detachering).

Werkloosheidswet (WW)

De wet op grond waarvan iemand die ten minste een bepaalde tijd in loondienst heeft gewerkt een uitkering ontvangt. De duur en hoogte van de uitkering zijn afhankelijk van het voldoen aan referte-eisen van de WW.

Werknemer

Hij die in ruil voor loon op basis van een arbeidsovereenkomst arbeid verricht.

Wet op de arbeidsongeschiktheid (WAO)

Wanneer een werknemer ziek wordt heeft hij op grond van zijn arbeidsovereenkomst gedurende de eerste 52 weken recht op tenminste een gedeelte van zijn loon. Daarna kan hij in de WAO komen. De uitvoeringsinstelling onderzoekt in dat geval de aard van zijn arbeidsongeschiktheid en kent een daarbij behorende uitkering toe.

Vanaf januari 2004 is

  1. de werkgever is verplicht het loon in het tweede ziektejaar door te betalen. De WAO-keuring vindt dus pas een jaar later plaats. Bovendien is de werkgever in die twee jaar volledig zélf verantwoordelijk voor de in- en externe reïntegratie van de werknemer.
  2. In de nieuwe WAO is geen plaats meer voor werknemers, die minder dan 35 % arbeidsongeschikt zijn. Zij blijven dus bij de werkgever in dienst.
  3. Ook zijn in juli 2004 de toetsingscriteria van de WAO-beoordelingen door het UWV aangescherpt. Dit betekent dat, meer dan voorheen, het UWV zal toetsen of de werkgever zich maximaal heeft ingespannen passende arbeid voor de werknemer te vinden. Is dit niet het geval, dan volgt een sanctie.

Naast deze veranderingen zijn reïntegratie-inspanningen, waaronder het aanbieden van passende arbeid, al bepaald in andere wetgeving, zoals de Wet Verbetering Poortwachter (WVP).

Wet Verbetering Poortwachter (WVP)

Zie Poortwachter.

Wet Werk en Bijstand (WWB)

Vanaf 1 januari 2004 is er een nieuwe bijstandswet (voorheen ABW): de Wet werk en bijstand (WWB). Daarmee verandert een aantal zaken op het gebied van de bijstand en de terugkeer op de arbeidsmarkt. De belangrijkste veranderingen zijn:

Algemene sollicitatieplicht:

  • Vanaf 1 januari 2004 geldt de sollicitatieplicht in principe voor iedereen met een bijstandsuitkering. Alleen als er dringende redenen zijn, kan de gemeente besluiten dat u tijdelijk niet hoeft te werken.
  • Ook alleenstaande ouders (ook met kinderen jonger dan vijf jaar) moeten voortaan solliciteren. De gemeente moet er wel rekening mee houden dat u het werk moet combineren met de zorg voor uw kinderen. Vindt u dat er dringende redenen zijn waardoor u tijdelijk zelf voor uw kinderen moet zorgen, dan kunt u dit aangeven. De gemeente moet die wens meenemen bij de beslissing of u moet werken of tijdelijk niet hoeft te solliciteren.
  • Bent u 57,5 jaar of ouder, dan moet u ook solliciteren. De gemeente moet wel bekijken of het voor u mogelijk is om een baan te vinden.

Wettelijke bruto minimumjeugdlonen per 1 januari 2014

  • Bij een leeftijd van 22 jaar, per maand € 1.262,75, per week € 291,40 en per dag € 58,28.
  • Bij een leeftijd van 21 jaar, per maand € 1.077,05, per week € 248,55 en per dag € 49,71.
  • Bij een leeftijd van 20 jaar, per maand € 913,65, per week € 210,85 en per dag € 42,17.
  • Bij een leeftijd van 19 jaar, per maand € 779,95, per week € 180,00 en per dag € 36,00.
  • Bij een leeftijd van 18 jaar, per maand € 675,95, per week € 156,00 en per dag € 31,20.
  • Bij een leeftijd van 17 jaar, per maand € 568,80, per week € 135,45 en per dag € 27,09.
  • Bij een leeftijd van 16 jaar, per maand € 512,55, per week € 118,30 en per dag € 23,66.
  • Bij een leeftijd van 15 jaar, per maand € 445,70, per week € 102,85 en per dag € 20,57.

De netto bedragen zijn, anders dan de bruto bedragen, niet wettelijk bepaald. Dit komt door verschillen in inhoudingen op het loon, onder meer in verband met de premieheffing voor de sociale zekerheid.

In de regel zal de werkgever met de werknemer loon afspreken naar ervaring en opleiding. Dit zal echter nooit lager kunnen zijn dan het wettelijk brutominimumloon.